Belgium / Story

Tien dagen schuilen

DestructionFightingLiberationVictory and defeat

Share


September 13, 1944 / September 23, 1944

In september 1944 kruisen projectielen van Duitsers en Britten elkaar dagenlang boven het Kempisch Kanaal aan Mol-Donk en boven Dessel. De Duitsers hebben op 13 september de brug over het kanaal opgeblazen. Het bevrijdingsleger is daardoor gestrand. De Britten nemen een stelling in langs het kanaal, de Duitsers stellen hun geschut midden in het dorp op.

Op de markt worden de Sint-Niklaaskerk en heel wat huizen zwaar beschadigd. Twee inwoners komen daarbij om, twintig anderen raken gewond. Het Rode Kruis helpt waar mogelijk, maar kan door de aanhoudende beschietingen weinig ondernemen. Enkele gewonden worden voor verzorging naar Retie overgebracht.

De bewoners brengen bange dagen door in hun schuilkelders of vluchten het dorp uit. Op 14 september 1944 wagen een vader en een vroedvrouw zich door de kogelregen. Een bange moeder baart even later in de kelder van een boerderij een kind.

Maar het einde is in zicht. Op vrijdag 22 september, om 23 uur ’s avonds, verlaten de Duitsers eindelijk het dorp. Het hele front tussen Antwerpen en Geel wordt teruggebracht tot achter het kanaal Dessel-Turnhout-Schoten. De volgende dag begint opnieuw met Brits geschut. Enkele dorpelingen trekken daarom met een witte vlag naar de geallieerden. Even later is het feest. De Desselaars lopen naar Den Donk om de soldaten te begroeten. Ook voor Dessel is de oorlog gedaan. Al volgen er nog moeilijke dagen van straatrepressie, en moeilijke jaren van wederopbouw.