Nederland
Markeren
Deel
Route
Tegen het einde van de oorlog zijn Franse parachutisten gedropt in Drenthe. Een dertigtal kwam terecht rond Zuidlaren. Een ooggetuigenverslag vertelt hoe het met hen is afgelopen. Een herdenkingssteen herinnert sinds 2017 aan de paradropping, die onder naam Operatie Amherst bekend werd.
Ze moesten verwarring zaaien en zoveel mogelijk strategische punten als bruggen en kruisingen veroveren: zo’n zevenhonderd voornamelijk Franse parachutisten werden in de nacht van 7 op 8 april met dat doel gedropt boven Drenthe. Het bevrijdingsleger van vooral Canadese militairen was in aantocht en moest soepel kunnen doorstoten. Rond Zuidlaren kwamen zo’n dertig para’s terecht in twee groepen. Onder meer bij het Kniphorstbos - De Strubben, ten zuidwesten van het dorp Schuilingsoord.
Eén groep landde bij een bosrand bij Schuilingsoord. Van hieruit werden verkenningen gedaan. De volgende dag brachten ze door in een sterk begroeide walkant tegenover een boerderij aan de Lageweg in Schuilingsoord. Twee para’s durfden het aan om bij die boerderij water te vragen. Ze hadden beter een andere boerderij kunnen uitzoeken. De boer in kwestie was pro-Duits en zijn dochter had verkering met een felle NSB’er.
De boerin keek weliswaar vreemd op van die militairen met hun andere uniformen dan ze gewend was, maar willigde het verzoek om water in. De twee mannen met hun rode baretten vulden hun jerrycans. De ellende begon toen de boerin haar aanstaande schoonzoon vertelde van het voorval.
Hij lichtte spoorslags de wachtcommandant op de nabijgelegen kazerne in, deze alarmeerde de gewapende Duitsers die de garage in het dorp beschermden en al snel koersten die met hun vrachtwagen met vierloops afweergeschut naar het Tipbosje. Enkele Duitse militairen maakten een omtrekkende beweging, terwijl het geschut bij het Tipbosje werd opgesteld.
De boerderij stond recht in de schootslijn. Er ontstond een vuurgevecht en in een mum van tijd lag de achterzijde van de boerderij in puin. Eén paard en enkele koeien werden gedood. De bewoners vluchtten naar de buren.
Het was een ongelijke strijd. Al schietend zijn enkele para’s en de commandant richting het Annermoeras gevlucht. Anderen werden gevangengenomen. Eén para, de Fransman Paul Duquesne, kwam op het leven bij een ultieme poging om een aantal medestrijders uit handen van de vijand te houden. Hij werd eerst in Zuidlaren en later in Wevelgem begraven.
De gevangen para’s liepen met de handen omhoog naar de Brink. Veel dorpelingen stonden aan weerszijden van de weg om ze een hart onder de riem te steken: ‘Houdt moed, het duurt niet lang meer’, zo klonk het. Per vrachtwagen werd de groep afgevoerd naar Assen.
De gevluchte para’s zijn uiteindelijk ook gepakt, behalve de commandant. Hij vond een schuilplaats in een woning in het Annermoeras. Later heeft hij een rol gespeeld in het proces tegen de aanstaande schoonzoon, de ‘verklikker’. Voor de bezetters in Zuidlaren was het een laatste gevecht. Een paar dagen later vertrokken ze.
Een herdenkingssteen herinnert sinds 2017 aan de paradropping, die onder naam Operatie Amherst bekend werd.