Nederland
Markeren
Deel
Route
In de laatste twee oorlogsjaren raakt het verzet in Friesland steeds meer georganiseerd. Op 12 december 1944 wordt de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten in Friesland opgericht op bevel en onder leiding van Prins Bernard. In Makkum is het verzet al actief vanaf het uitbreken van de oorlog en op Kornwerderzand vinden nachtelijke wapendroppings plaats voor het gewapend verzet. In het laatste oorlogsjaar zijn er zo'n 3000 gewapende verzetsstrijders in Friesland actief.
De beginjaren van de oorlog verliepen relatief rustig in Friesland en verzetsdaden vonden incidenteel plaats. Dat beeld veranderde na de Meistaking van 1943. Aanleiding was de oproep van de Duitse bezetter om alle in 1940 vrijgelaten Nederlandse krijgsgevangenen te werk te stellen in Duitsland. Hierna raakte het verzet in Friesland steeds meer georganiseerd. Bestaande groepen gingen op in de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten die in Friesland op 12 december 1944 werd opgericht op bevel en onder leiding van Prins Bernard.
In Makkum was het verzet actief vanaf het uitbreken van de oorlog. De broers Aart en Thymen van den Berg stelden hun visconservenfabriek geheel ter beschikking van het Friese verzet. Met de wapens drank en gerookte paling sloot het personeel van de fabriek vriendschap met de hoogste beulen van de Sicherheitsdienst in Leeuwarden. Als de drank de Duitsers loslippig maakte, speelde men de ontvallen informatie door aan het verzet. Men wist 60 gevangen verzetsstrijders los te krijgen en was op de hoogte van aanstaande razzia's. De visconservenfabriek groeide uit tot een van de belangrijkste Friese verzetshaarden. In het Burmaniahuis in Leeuwarden werd de Sicherheitsdienst afgeluisterd en kon het verzet personen waarschuwen die in de verhoren werden genoemd. Andere vormen van verzet waren de verspreiding van illegale bladen om de bevolking met name te informeren over troepenverplaatsingen, collaborateurs of voor het opkrikken van het moreel.
In de zomer van 1943 volgt een onderduikgolf en het weidse Friese platteland blijkt bij uitstek geschikt om mensen op te vangen. Hier speelde het verzet eveneens een belangrijke rol. Knokploegen overvielen onder anderen distributiekantoren en stalen enorme hoeveelheden voedselbonnen. Tegen het einde van de oorlog is er voedselschaarste en worden zuivelfabrieken, slagerijen en levensmiddelenproducenten doelwit. In die periode vinden ook de eerste wapendroppings plaats zoals op Kornwerderzand. Op 13 april 1945 volgt de NBS-leiding het bevel op om actief mee te helpen de opmars van de geallieerde troepen te versnellen. Grote delen van Friesland worden medio april 1945 bevrijd.